Olympiajolzeilers in de pers

Onno Yntema kan het niet laten

Het KWS Paasevenement 2024 had in meerdere opzichten een primeur. Niet alleen voeren de traditionele jeugdklassen Flits en Vaurien mee, de Schakels hadden te weinig aanmeldingen, dit jaar waren ook de Solo en Olympiajol (O-Jol) van de partij. In het veld O-Jollen waren enkele opmerkelijke nieuwkomers te bewonderen: de tweede primeur. Het bijzondere ontwerp van deze nieuwe O-Jol is aanleiding genoeg op zoek te gaan naar het verhaal erachter.

 

“Eigenlijk lijkt hij meer op een Finn dan op een O-Jol”, grapt Paul Dijkstra van Paul Dijkstra Composites, de bouwer van deze nieuwe boot. Het is het eindresultaat van een lang en leerzaam proces geweest, dat begon tijdens de coronaperiode als enkele O-Jol zeilers in Zeeland kans vinden enkele dagen samen te komen. Onno Yntema liep al met plannen rond om iets aan het ontwerp van de O-Jol te doen. “Ik wilde eigenlijk wel een iets andere rompvorm, en het houten dek van de populaire Van Eijk boot vergt veel onderhoud. Bovendien gaat de boot daardoor toch langzaam achteruit.” Samen met Sybrand Vochteloo en Siep Schukken werden de plannen gesmeed. Maarten Versluis had wel zin in zo’n boot en werd de eerste klant.

Bollere punt

“Aanvankelijk had ik wel wat schroom hier aan te beginnen”, vertelt Yntema. Zijn ervaring met een soortgelijk plan in de Valk klasse liep uiteindelijk dramatisch af met een, naar de mening van Yntema, uiteindelijk op onterechte gronden afgekeurde boot. Duidelijk was dat de nieuwe O-Jol vanzelfsprekend binnen de toleranties van de klassevoorschriften moest blijven. Om dit te waarborgen werd nauwe samenwerking gezocht met Toon Neijman, na Klaas Plaatje sinds 2018 de Olympiajol verbondsmeter. Ze wilden geen concessies doen, binnen de regels wilden ze de snelst mogelijke boot maken. Een belangrijke eis was bijvoorbeeld dat Yntema de punt iets boller wilde, waardoor deze minder diep in het water zakt.

Enorm veel energie van gekregen Dijkstra:

“Het maken van een mal op basis van deze wensen is natuurlijk een enorme investering, helemaal omdat het eigenlijk een hobbyproject was. Ik kon geen risico lopen, de boot moet natuurlijk wel lopen. Daarom was het extra belangrijk dat het ontwerp werd getoetst door professionals.” Om dit te bewerkstelligen werd contact gezocht met Juan-K Yachtdesign, die ook verantwoordelijk is voor het ontwerp van de Finnjol. Dijkstra kende hem van andere projecten. “Ik heb hier enorm veel energie van gekregen”, vertelt hij, “als ik met hem had overlegd kon ik er soms een nacht niet van slapen. Hij snapt het gewoon.” Als botenbouwer heeft Dijkstra dit project als cursus gezien, hij heeft er enorm veel van geleerd wat weer ten goede komt aan zijn bedrijf.

 

Minder kracht nodig

De eerste nieuw gebouwde O-Jol was net op tijd klaar voor de eerste Kleine Sneekweek in 2023. “Het was wel erg chaotisch”, lacht Yntema. Hij deed buiten mededinging mee om te zien hoe het ging. Dat viel niet tegen maar het hoofd van Yntema stond op dat moment meer naar een lange reis die hij met zijn vrouw door Afrika ging maken. Tijdens zijn afwezigheid werkten de anderen door aan de indeling van hun boot waarbij de boot van Yntema als voorbeeld fungeerde. Naast een andere rompvorm heeft de kuip van deze Jollen een maximale diepte en is de overloop is verder naar voren en hoger geplaatst waardoor je meer bewegingsruimte hebt. “Je hebt ook veel minder kracht nodig”, vertelt Yntema, “daardoor trok ik in het begin de zeilen veel te dicht. Dat moest echt wennen.

 

Monster van een boot

Dijkstra:“Het lastigste was dat we onszelf wel wat geweld moesten aandoen om deze boot zo zwaar te bouwen.” Ongeacht de bouwwijze, de boot moet 160 kg wegen en moet ook voldoen aan de slingerproef, net als de oudere boten. Dat betekent in feite dat je het gewicht niet op de ideale plekken kunt aanbrengen, het moet rondom. “We hadden de boot ook makkelijk 80 kg zwaar en net zo goed kunnen maken”, licht Dijkstra toe, “dus in onze visie is het een monster van een boot. We moesten er dus 80 kg extra glasvezel materiaal in aanbrengen.” De boot is gebouwd van composiet: glasvezel met een glasepoxy hars en schuimkern. Hij is uit twee helften gebouwd, zonder stootlijst. “Ze verliest nooit haar stijfheid en is stijver dan de andere boten”, aldus Yntema. Na oplevering hoefde het casco slechts licht geplamuurd te worden en is vervolgens op kleur gespoten. Dijkstra leverde slechts het casco, de rest was aan de zeilers zelf.

Eénmalig

Er zijn nu vier boten gebouwd, Dijkstra bouwt er nu nog één voor zichzelf. ”Het gaat geen serie worden”, zegt Dijkstra tot besluit. “We hebben dit puur voor de hobby gedaan, het was erg leuk en leerzaam en we hebben er veel energie van gekregen. Maar de bouwwijze past niet binnen het concept van mijn bedrijf, wij zijn goed in lichtgewicht, dus er gaan waarschijnlijk niet meer gemaakt worden.”

 

bron: KWS-Journaal-2024-01.pdf  (https://d2krt6rsq5hdq5.cloudfront.net/content/KWS-Journaal-2024-01.pdf)

onno 3 onno 3
onno 4 onno 4
kwsjournaal2401 kwsjournaal2401